Medische technologie omvat veel meer dan indrukwekkende apparaten of de nieuwste robotica. Het gaat om alle technologie die (zelf)zorg ondersteunt, inclusief digitale oplossingen. Maar ook: wiskundige modellen om bij epilepsie gerichter te opereren, of een implanteerbaar kunstmatig evenwichtsorgaan. Translationeel onderzoek zorgt voor kosteneffectieve technologische producten die patiënten en professionals willen gebruiken.
Technologie helpt bij maatschappelijke vraagstukken
Medische technologie (afgekort tot MedTech) gaat over een (betere) behandeling van een ziekte of aandoening met innovatieve technische vindingen. Die nieuwe mogelijkheden bevorderen de kwaliteit van leven van de patiënt. En ze zorgen voor betaalbaarheid en doelmatigheid van de zorg.
De overheid verwacht dat technologie van ‘lowtech’ tot ‘hightech’ kan bijdragen aan het vinden van oplossingen voor maatschappelijke vraagstukken, zoals de vergrijzing, het toenemend aantal chronisch zieken, stijgende zorgkosten en het personeelstekort in de zorg.
MedTech is veel meer dan technische hoogstandjes
Veel mensen denken bij medische technologie aan geavanceerde technische hoogstandjes. Maar dat is een misverstand. Het gaat niet alleen over ingewikkelde apparaten, maar ook over het slim gebruiken van data. Bijvoorbeeld bij het inzetten van algoritmes en kunstmatige intelligentie voor betere diagnostiek en herstel. Onder de noemer medische technologie vallen ook uiteenlopende hulpmiddelen, van incontinentiemateriaal, verbandmiddelen en zwangerschapstesten tot knieprotheses en gezondheidsapps.
Kortom: het MedTech-veld is breed en zeer divers. En het is een integraal onderdeel van het hele spectrum van diagnostiek tot therapie, inclusief zelfzorg en mantelzorg. Met translationeel onderzoek zijn over de hele breedte van dat spectrum stappen te zetten tussen een idee en een praktische toepassing.
Nederland als hotspot voor MedTech-innovaties
ZonMw is betrokken bij MedTechNL, onderdeel van Health-Holland. MedTechNL wil gezondheid en zorg transformeren door het ontwikkelen en implementeren van medische technologie in thuisomgeving én gezondheidszorg. Het doel: een toekomst waarin mensen langer gezond blijven, ziektes worden gesignaleerd voordat er symptomen ontstaan en waarin medische behandeling vroegtijdig en effectief start. En dat alles in of dicht bij huis, in plaats van in het ziekenhuis.
Het ontwikkelen van kosteneffectieve en praktisch bruikbare producten biedt een grote kans voor Nederland om een Europese hotspot en wereldwijde exporteur van MedTech-innovaties te worden. Translationeel onderzoek is daarbij een onmisbare schakel.
Technologie voor diagnostiek, prognostiek en behandeling
ZonMw doet ook mee met het Innovative Medical Devices Initiative (IMDI), een publiek-private partnerschap rond medische technologie. IMDI richt zich allereerst op technologie die de inzet van zorgpersoneel ondersteunt en/of vervangt. Dat kan door het bevorderen van (zelf)zorg van burgers, onder meer door zorg door mantelzorgers en/of professionals geheel of gedeeltelijk te vervangen.
Een tweede doel is het verminderen van de zorgvraag van ouderen en mensen met een chronische aandoening. Bijvoorbeeld door het voorkomen dat een bestaande aandoening leidt tot complicaties of beperkingen. Dat kan het beroep op (professionele) zorg verminderen. IMDI wil technologie ontwikkelen die bijdraagt aan doeltreffender diagnostiek, prognostiek en behandeling, en die tegelijkertijd het dagelijks functioneren van mensen ondersteunt.
‘In de revalidatie kun je veel met medische technologie. Bijvoorbeeld balanstrainingen na een beroerte, om valongelukken te voorkomen. In een valsimulator oefent een patiënt met balansverstoringen, bijvoorbeeld op een bewegende ondergrond.
Onderzoek laat zien dat mensen hier veel baat bij kunnen hebben. Maar de technologie is kostbaar en niet overal beschikbaar. Dus je hebt iets wat weliswaar werkzaam is, maar niet bereikbaar voor grote groepen mensen. Dan kun je opschalen – kostentechnisch erg lastig – óf een eenvoudiger oplossing bedenken.
In het HEROES project maken we een ExerGame, een samentrekking van ‘oefenen’ en ‘computerspel’. Na één sessie met intensieve balanstraining in het revalidatiecentrum oefenen mensen thuis verder met een eenvoudige spelcomputer met sensoren. Het werkt een beetje zoals een Wii.
Ik zie grote kansen in publiek-private samenwerking in dit soort projecten. Als we trainingsomgevingen creëren die mensen uitdagen hun grenzen op te zoeken zonder dat het gevaarlijk wordt, help je ze echt een stap verder in hun herstel.’